Sartène
Sartène (Sartè in het Corsicaans), de meest Corsicaanse stad van Corsica, doet zijn naam alle eer aan. Ongepleisterde hoge huizen staan dicht op elkaar, met smalle, vochtige steegjes ertussen. Steile trappen leiden naar de ingangen van de huizen.
Het centrum van Sartène is Place Porta, dat eigenlijk Place de la Libération heet. Maar bijna niemand noemt het zo. Het dagblad Corse Matin brengt ook nieuws uit de regio onder de titel “On en parle Place Porta” – Dit is waar men over praat in Place Porta. Op het plein bevinden zich het stadhuis, waar ook een goed gesorteerde specialiteitenwinkel is gevestigd, en de kerk Saint-Marie, van waaruit de jaarlijkse processie van Goede Vrijdag vertrekt. Binnenin zijn het kruis en de ketting te zien.
Elke Goede Vrijdagavond om 21.00 uur vindt een middeleeuwse processie plaats die elk jaar duizenden mensen trekt. De Catenacciu, een geheel in het rood geklede man die boete wil doen voor een slechte daad en die alleen bekend is bij de priester, draagt een kruis van 30 kg blootsvoets door de steegjes. Aan één voet is een ketting van 14 kg bevestigd, die bij elke tweede stap over de ruwe kasseien wordt getrokken. Onophoudelijk zingt de menigte een oud, monotoon lied: “Pardono mio dio”, dat nog meer uitdrukking geeft aan de krachtige sfeer.
Als men door de poort stapt, komt men in de uiterst smalle wijk Pitraghju-Manighedda. De hoge huizen zijn zo dicht op elkaar gebouwd dat nauwelijks een straaltje zonlicht de smalle en vochtige steegjes bereikt. Met de vele trappen, steegjes en doodlopende wegen is het gemakkelijk te verdwalen, vooral in het donker.
Het beste uitzicht vanuit Sartène is in de richting van het klooster van de heiligen Côme et Damien. Vooral in de schemering of wanneer de stad ’s nachts verlicht is, levert dit een prachtig fotomotief op.