De wandeling naar Monte Astu / Monte Asto is bijna nog een insider tip. De Rother wandelgids beschrijft de top zelfs als een van de mooiste van Corsica! Alleen al het dorp Lama, dat tegen de berghellingen aanligt, is een bezoek waard!
Benadering
Vanaf Ponte-Leccia, neem de T30 richting Calvi. Na ongeveer 15 km slaat u rechtsaf en rijdt u omhoog naar het dorp Lama. U kunt direct voor de kerk parkeren.
Beschreibung der Wanderung auf den Monte Astu
Om te ontsnappen aan de hitte, die zelfs half september de hersenen genadeloos verzacht, zijn we heel vroeg van Algajola naar Lama gereden, het is maar ongeveer 30 minuten. Lama lijkt op een Corsicaans rebellennest, mysterieus en oud. En het is nog steeds in de schaduw vroeg in de ochtend. Je kunt de kerk niet missen en ervoor kun je je auto parkeren, je stokken verzamelen en een sigaretje roken…
Ik ga op weg, en al na een paar meter heb ik in mijn rotsvaste geloof in mijn richtingsgevoel het verkeerde pad gekozen. Eigenlijk hoef je vanaf de kerk alleen maar omhoog te gaan, welk smal steegje je ook kiest. Op het hoogste punt van het dorp passeer je een groot bord en weet je: Aha, dat is de weg naar de Astu en daar zijn planten die je pijn willen doen. Zoiets dachten we van tevoren en daarom trokken we onze lange broeken aan.
Een groot waterreservoir is het laatste teken van beschaving, daarna voert een klein, stenig pad steil bergopwaarts in vele haarspeldbochten. Het prachtige uitzicht op Lama en de Balagne is altijd een goed alibi om even te stoppen en op adem te komen. Na ongeveer een uur is de steile en schaduwrijke helling voorbij en verwelkomt een vlakke helling ons met de hete septemberzon. We steken nu deze helling over met een frustrerend uitzicht op de Monte Asto in de verte en na een half uur komen we bij 4 op de een of andere manier onwerkelijk uitziende reuzenkastanjes. Van daaruit is het nog maar een klein stukje naar een schuilhut op de bergkam en het eerste uitzicht in de richting van Nebbio geeft aanleiding tot anticipatie.
De kleine schuilplaats (Refuge du Prunincu) ligt op een ongelooflijk mooie locatie en wordt omringd door enorme ronde rotsen en een houten kruis. Terug thuis, net toen ik de hut bereikte, werd het Oktoberfest getapt (OB Ude tapt het eerste vat op het Oktoberfest in München, voor niet-Bavariërs), dus helaas kon ik de gedachte aan een verse mis voor de hut in de zon de komende uren niet uit mijn hoofd krijgen.
Tot dan toe was alles duidelijk aangegeven, maar nu is het wat moeilijker, omdat steenmannetjes de kleurmarkeringen vervangen en iedere wandelaar zich waarschijnlijk geroepen voelt zijn bouwkunsten te demonstreren op open plekken, zelfs ver van het pad, waardoor het soms moeilijk is het hoofdpad te vinden, tenzij je een padvinder bent. Bovendien loopt het pad nu flink omhoog en tussen zeer venijnige doornen door is het nu hard bergop. Een steil, smerig varenveld doet me weemoedig denken aan een zonnig plekje in de biertuin, maar ook aan deze sleur komt een eind.
Na een goed uur bereiken we een ander plateau en komt de top dichterbij. Het meanderende pad gaat nu licht bergopwaarts door een weiland en een koel briesje droogt het zweet. Kuddes koeien en schapen zijn de enige metgezellen. Vanaf hier volgen we de relatief goed zichtbare gele stippen naar de beklimming van de top, die eerst door wat rotsen leidt naar een plateau dat echt helemaal ondergekotst is door de schapen en geiten. Je moet er doorheen, letterlijk, en het ruikt niet naar rozen. De gele stippen spelen soms verstoppertje met ons, maar na wat langer zoeken ontdekken we dat de top niet a`la Huaberbuam beklommen hoeft te worden, maar dat er een pad omheen loopt naar het noorden en dat de beklimming vanuit het oosten is. Soms moet je je handen gebruiken, maar het is niet blootgesteld en je hebt ook geen magnesium en klimschoenen nodig.
Tadaa: op een hoogte van 1535 m wacht ons een topkruis van de Monte Astu en een uitzicht dat het varenveld en de schrale weide doet vergeten. Of het nu Cinto Massif, Balagne, St. Florent, Cap Corse of Murato is… je kunt er niet genoeg van krijgen! “Opschepper-modus aan:” 3,5 uur lopen is niet niks voor een Opper-Beierse die vaak onderweg is in de plaatselijke bergen… “Opschepperige modus uit!”
Beschrijving en foto’s door Michael H.
